Wel degelijk overeenkomst van opdracht voor interim-directeur
In een conflict tussen een onderwijsinstelling en een interim-directeur komen de ‘Deliveroo-criteria’ op tafel. Partijen hebben een overeenkomst van opdracht gesloten. De opdrachtgever zegt deze overeenkomst op, met inachtneming van de vastgelegde opzegtermijn. De interim-directeur verweert zich; hij stelt dat hij een arbeidsovereenkomst heeft en dus recht op loondoorbetaling. Hoe pakt dit uit?
Hoe kijkt de rechtbank naar deze situatie? Kon de onderwijsinstelling zich (veilig) beroepen op de gesloten overeenkomst? In de uitlegfase is er ruimte voor de bedoeling van de partijen bij het aangaan van de overeenkomst en hoe de overeenkomst feitelijk is uitgevoerd. De maatschappelijke positie van partijen speelt hierbij een rol. De interim-directeur heeft zelf aangedrongen op een overeenkomst van opdracht en heeft deze ook opgesteld. Dit is een aanwijzing dat er sprake is van een overeenkomst van opdracht. Niettemin kan uit de feiten komen vast te staan dat de overeenkomst toch de kenmerken heeft van een arbeidsovereenkomst. Dit leidt tot de volgende stappen en waardering door de rechtbank:
- De aard van de werkzaamheden wijst in de richting van een overeenkomst van opdracht. De interim-directeur is door de instelling op ad-interimbasis ingeschakeld. Hij heeft een zeer specifieke opdracht om de instelling tijdelijk te ondersteunen en de onder druk staande organisatie te verbeteren en te professionaliseren. De duur van de opdracht is bepaald door de aard van de opdracht.
- De wijze waarop de werkzaamheden en de werktijden werden bepaald, wijst ook in de richting van een overeenkomst van opdracht. De opdrachtnemer heeft hierin veel vrijheid.
- Het al dan niet bestaan van een verplichting om het werk persoonlijk uit te voeren is hier niet richtinggevend voor de kwalificatie van de overeenkomst. Het is namelijk niet voorgekomen dat het nodig was dat de interim-directeur zich moest laten vervangen.
- De wijze waarop de contractuele regeling van de verhouding van partijen tot stand is gekomen, wijst in de richting van een overeenkomst van opdracht. De interim-directeur heeft de overeenkomst namelijk zelf opgesteld.
- De wijze waarop de beloning werd bepaald (door de directeur vastgesteld) en uitgekeerd, wijst ook in de richting van een overeenkomst van opdracht. Er wordt gefactureerd met btw. De instelling heeft geen premies en loonbelasting ingehouden en afgedragen.
- De interim-directeur gedraagt zich in het economisch verkeer als ondernemer, wat ook wijst op het bestaan van een overeenkomst van opdracht. Hij heeft ook al 10 jaar op ad-interimbasis voor veel verschillende opdrachtgevers gewerkt.